Er zijn maar weinig momenten in uw leven waarop u een zo’n zwaarwegende beslissing neemt als het afsluiten van een hypotheek. U gaat immers een verplichting aan voor een periode van zo’n dertig jaar! Een verplichting waaraan u niet alleen nu moet kunnen voldoen, maar ook later. Zeker in een dergelijk geval is regeren vooruitzien, want wat gebeurt er als u (of uw partner) plotseling arbeidsongeschikt raakt? Of als u door krapte op de arbeidsmarkt uw baan verliest? Bent u dan
gedwongen te verhuizen omdat u uw voor langere tijd aangegane financiële verplichtingen niet meer
kunt opbrengen?
Wanneer u de juiste maatregelen heeft getroffen, zijn de gevolgen ook in dergelijke minder rooskleurige omstandigheden te overzien. Een goede en betrouwbare hypotheekadviseur helpt u daarbij een eind op weg. Hij wijst u niet alleen op de mogelijkheden, maar confronteert u ook met de onmogelijkheden! Hij zoekt met u naar een passende en voordelige hypotheek, daarnaast staat hij altijd klaar om u van advies te voorzien of de soms ingewikkelde materie voor u te ontrafelen.
De hypotheekadviseur van Geurts Assurantiën en Financiële Planning regelt daarnaast nog talloze andere zaken. Zaken waar u in eerste instantie misschien niet meteen aan denkt wanneer u een nieuwe hypotheek gaat afsluiten:
Hypotheekvormen
Om de keuzemogelijkheden voor het fiscaal gefaciliteerd sparen voor de oudedag en de eigen woning te verruimen en tegelijkertijd de concurrentie bij financiële aanbieders te vergroten, heeft de Tweede Kamer in 2007 het wetsvoorstel Banksparen aangenomen. Het is in 2008 ingevoerd.
Banksparen is een alternatief voor fiscaal begunstigde verzekeringsproducten waarbij een spaarelement een belangrijke rol speelt. Bij dit alternatief is er geen verzekeringselement. Voor de rest gelden voor het bankspaarproduct zo veel mogelijk dezelfde fiscale voorwaarden als voor verzekeringen.
Het idee van de initiatiefnemers was dat deze verruiming leidt tot een toename van het aantal aanbieders. Door de vergrote concurrentie, naast verzekeringsmaatschappijen nu ook banken, was het de verwachting dat de kosten daalden, wat de consument ten goede komt. Een voordeel volgens hen kan zijn dat op banken het depositogarantiestelsel van toepassing is, al is het gegarandeerde tegoed wel aan een maximum gebonden.
De twee voornaamste doelen van fiscaal voordelig sparen middels banksparen zijn voor het aflossen van de hypotheek en voor de oude dag. Sinds 1 januari 2010 zijn er ook bankspaar varianten voor stamrechten voor ontslagvergoedingen (stamrechtspaarrekening) en voor uitvaartproducten geïntroduceerd. Door de stamrechtspaarrekening kan onder andere ook een ontslagvergoeding worden ondergebracht bij de bank, zonder dat er direct inkomstenbelasting betaald dient te worden.
In aanvulling op de hypotheekrenteaftrek heeft de Nederlandse wetgever voor de aflossing van de eigenwoningschuld (hypotheek) diverse fiscaal vriendelijke mogelijkheden gecreëerd. De Kapitaalverzekering Eigen Woning (KEW; traditionele spaarhypotheek/levenhypotheek en de traditionele beleggingshypotheek), is ontstaan bij de invoering van de Wet inkomstenbelasting 2001. Sinds de invoering van banksparen kan ook fiscaal gunstig vermogen worden opgebouwd middels de Spaarrekening Eigen Woning (SEW) en de Beleggingsrekening/recht Eigen Woning (BEW).
De KEW is een specifieke vorm van levensverzekering. Middels een kapitaalverzekering wordt een vermogen opgebouwd om op de einddatum (een deel van) de hypotheek af te lossen. De verzekeringnemer heeft de keuze tussen een verzekering met gegarandeerde uitkering of een verzekering waarbij de inleg wordt belegd.
De SEW en BEW zijn respectievelijk een geblokkeerde spaar- en beleggingsrekening. Evenals bij de verzekerings variant dient de uitkering aangewend te worden om de hypotheek (gedeeltelijk) af te lossen.
Omdat de rente die de spaarder met een SEW ontvangt normaal gesproken gelijk is aan de te betalen hypotheekrente, kent deze vorm een gegarandeerd eindkapitaal. SEW lijkt qua opzet op een spaarhypotheek.
Bij de BEW wordt het ingelegde geld belegd. Er kan worden gekozen uit verschillende risicoprofielen. Welk profiel u ook kiest, het is nooit zeker wat het rendement zal zijn. Het kan meer maar ook minder zijn dan de af te lossen hypotheek.
Voor het zelf fiscaal gefaciliteerd sparen voor de oudedag konden werknemers en zelfstandige ondernemers tot het invoeren van het banksparen uitsluitend gebruik maken van een lijfrenteverzekering. Sinds 2008 kan dit ook zonder verzekeringselement, zowel voor de opbouwfase als voor de uitkeringsfase. Tussen de opbouwfase en de uitkeringsfase kan geswitcht worden van een verzekering naar banksparen en omgekeerd.
Mits een pensioentekort aangetoond kan worden, is de inleg tot een bepaald maximum fiscaal aftrekbaar in box 1 als uitgaven voor inkomensvoorzieningen. Over het opgebouwde kapitaal hoeft ook geen vermogensrendementsheffing betaald te worden. Over de uitkering dient wel inkomstenbelasting betaald te worden, deze valt onder de periodieke uitkeringen en verstrekkingen in box 1.
Deelname kan met een speciale geblokkeerde spaarrekening (lijfrentespaarrekening) of geblokkeerde beleggingsrekening (lijfrentebeleggingsrecht). Het opgebouwde kapitaal wordt aangewend voor een recht op een periodieke uitkering gedurende een bepaalde periode (annuïteit); deze periode hangt niet af van het in leven zijn van de verzekerde: het recht gaat bij overlijden over op de erfgenamen.
Het opgebouwde kapitaal wordt aangewend voor een recht op een periodieke uitkering gedurende een bepaalde periode (annuïteit); deze periode hangt niet af van het in leven zijn van de verzekerde: het recht gaat bij overlijden over op de erfgenamen.
Bankspaarproducten worden niet alleen door banken aangeboden, maar ook door andere geldverstrekkers. U kunt natuurlijk voor vragen en doorverwijzingen terecht bij uw adviseur.
Bij spaarhypotheken wordt het grootste deel van de premie gespaard op een rekening. Op deze spaarrekening wordt door de hypotheekinstelling een percentage vergoed dat gelijk is aan de betaalde hypotheekrente. De hoogte van het maandelijkse spaardeel wordt zodanig vastgesteld dat het totaal opgebouwde vermogen, inclusief de ontvangen rente, aan het einde van de looptijd gegarandeerd gelijk is aan uw hypotheekschuld.
Is de hypotheekrente laag? Dan is ook de rente over het spaardeel laag. Om er zeker van te zijn dat het opgebouwde vermogen uiteindelijk even hoog is als de hypotheekschuld, moet u dan harder sparen. Is de rente over het spaardeel hoog, dan hoeft u dus minder te sparen. Oftewel: bij hoge rente, lage premie. En bij lage rente, hoge premie. Zo stijgen de maandlasten bij een eventuele rentestijging minder snel. Overigens wordt met de hypotheekinstelling vooraf een rentevaste periode afgesproken. In die periode blijven de rente en de premie – en daarmee dus ook de netto maandlasten – gelijk.
Naast het spaardeel bestaat de premie uit een overlijdensrisicodeel. Dit risicodeel zorgt voor het uitbetalen van het gehele of gedeeltelijke hypotheekbedrag bij overlijden voor het einde van de looptijd. Bij de meeste hypotheekverstrekkers bent u bij een spaarhypotheek echter verplicht om een overlijdensrisicoverzekering af te sluiten voor het gehele hypotheekbedrag. Bij sommige kan dat lager zijn uw adviseur van Geurts Assurantiën en Financiële Planning kan u precies aangeven welke hypotheekinstelling en risicodekking het beste bij u past.
De kenmerken
Levenhypotheken danken hun naam aan het feit dat de premies worden gebruikt voor een ‘gemengde’ kapitaalverzekering eigen woning. Deze verzekering bestaat uit een overlijdensrisicodeel en een spaar- of beleggingsdeel. Het risicodeel zorgt voor uitbetaling van het hele of gedeeltelijke hypotheekbedrag bij overlijden. Met het spaar- of beleggingsdeel wordt vermogen opgebouwd om op de einddatum de hypotheek geheel of gedeeltelijk af te lossen. Een klein deel van de premie wordt gereserveerd om de kosten van de verzekeraar te betalen. Naast de premie betaalt u rente over het hypotheekbedrag.
Bij levenhypotheken maakt u gebruik van de fiscale vrijstelling voor kapitaalverzekeringen eigen woning: gedurende een periode van minimaal 15 of 20 jaar kunt u belastingvrij een kapitaal opbouwen. Voor 2004 zijn die bedragen respectievelijk € 31.200,- en € 106.300,- (in totaal € 137.500,-). Deze vrijstellingen gelden eenmalig per verzekeringsnemer en zijn ook van toepassing als er wordt uitgekeerd bij vroegtijdig overlijden van een verzekerde. Gehuwden en samenwonenden kunnen rekenen op het dubbele: in totaal € 275.000,-. Er moet wel tenminste en aansluitend 15 of 20 jaar premie zijn betaald, terwijl de hoogste jaarpremie niet meer dan tienmaal de laagste premie mag zijn geweest.
De vrijstellingsbedragen worden jaarlijks geïndexeerd.
De kenmerken
Bij een lineaire hypotheek lost u iedere maand hetzelfde bedrag af. Daarnaast betaalt u rente over de resterende schuld. Omdat die schuld in het begin het hoogst is, zullen ook de totale hypotheeklasten(= rente + aflossing) in het begin hoog zijn. Naarmate u meer aflost, zal uw schuld afnemen en de maandelijkse bedragen geleidelijk dalen. Dat betekent echter ook dat het belastingvoordeel in de loop van de tijd afneemt. Immers: u gaat steeds minder rente betalen.
Bij de annuïteitenhypotheek blijven de bruto maandlasten gedurende de hele looptijd in principe gelijk. Maar door de jaren heen verandert wel de opbouw van de maandlasten. In het begin betaalt u veel rente en weinig aflossing en aan het eind is dat precies andersom. Ook bij deze hypotheekvorm gaat u dus steeds minder rente betalen, waardoor het belastingvoordeel vermindert. Met als gevolg dat uw netto maandlasten geleidelijk zullen stijgen.
Lineaire hypotheken en annuïteitenhypotheken worden tegenwoordig veel minder afgesloten. Er zijn nieuwe hypotheekvormen ontstaan, die onder andere meer fiscaal voordeel opleveren en dus financieel veelal gunstiger zijn.
Bij de hybride hypotheek, ook wel spaar/beleggingshypotheek genoemd, wordt de flexibiliteit van de moderne levenhypotheek gecombineerd met de zekerheid van de spaarhypotheek. Daarmee is de hybride hypotheek een populaire hypotheekvorm, die voor veel mensen geschikt is.
Op dezelfde wijze als bij de levenhypotheek wordt op universal-life basis de periodieke premie berekend. Ook bij deze vorm kunt u de premie beleggen in verschillende beleggingsfondsen (unit-linked). Het grote verschil met de moderne levenhypotheek is dat u nu ook (een deel van) de premie kunt onderbrengen in een hypotheekrentefonds. In dat fonds, dat wordt beheerd door de verbonden geldverstrekker, ontvangt u een vergoeding over de ingelegde premie die gelijk is aan de hypotheekrente die u betaalt over het leningdeel (net als bij de spaarhypotheek). Op deze wijze kunt u zelf een verdeling maken tussen het risicovollere beleggen en het gegarandeerde sparen.
De premie van de hybride hypotheek is in de meeste gevallen goedkoper dan van de moderne levenhypotheek. Dit komt omdat binnen deze verzekering geen kosten worden doorberekend voor polisbeheer en andere kosten die de verzekeraar maakt bij het opstellen van de polis. Deze kosten worden echter wel via een opslag in de hypotheekrente verrekend. Die opslag varieert van 0.1% tot 0.3%. Het voordeel van de lage premie wordt daardoor vaak voor een groot deel tenietgedaan.
Het enige nadeel ten opzichte van de moderne levenhypotheek is dat de combinatie tussen de hypotheekverstrekker en de verzekeraar, net als bij de spaarhypotheek, vastligt. Dat komt doordat de vergoeding voor het hypotheekrentefonds geschiedt door de verbonden hypotheekinstelling. Als bij verhuizing wordt besloten om naar een andere hypotheekinstelling over te stappen kan de polis weliswaar worden voortgezet maar de keuze voor het hypotheekrentefonds zal dan in veel gevallen verdwijnen.
De hybride hypotheek is uitermate geschikt om tot de beste fiscale verdeling te komen. Hoog-laag constructies of combinaties met een premie of beleggingsdepots behoren tot de mogelijkheden. Ook kunt u tussentijds bijstorten, uw premies verhogen of verlagen en enigszins spelen met de looptijd. Uw adviseur Geurts Assurantiën en Financiële Planning vertelt u graag over uw mogelijkheden binnen deze vorm.
De kenmerken
Het fundamentele verschil tussen beleggingshypotheken en de spaar- en levenhypotheken is dat het vermogen (voor aflossing van de hypotheek) niet wordt opgebouwd in een verzekering. Er wordt dan ook geen premie aan een verzekeraar betaald. De hypotheeklasten bestaan naast de hypotheekrente uit een bedrag dat wordt belegd. Dat kan een periodieke en/of eenmalige inleg zijn in een fonds naar keuze (soms worden hieraan beperkingen gesteld door de bank). Het te investeren bedrag kan al dan niet in het hypotheekbedrag worden opgenomen.
Het vermogen dat u met een beleggingshypotheek opbouwt, wordt belast in box III. U betaalt dan 1,2% over het gemiddeld uitstaand vermogen per jaar (belastingtarief van 30% x fictief rendement van 4% = 1,2%). In box III geldt een vrijstelling van € 19.252,- per persoon (2004).
De beleggingshypotheek geeft u maximale vrijheid. Hierbij bent u zelf verantwoordelijk voor de vermogensopbouw. Om het rendement positief te beïnvloeden, kunt u actief met de beleggingen omgaan. U kunt ook een minder actieve beleggingsstrategie volgen. Maar… er is hoe dan ook geen zekerheid over het eindkapitaal. Bij beleggen geldt doorgaans dat hoge rendementen gepaard gaan met hogere risico’s. U kunt ervoor kiezen om een beperkt aantal aandelen te kopen waar u vertrouwen in heeft. Het rendement moet immers wel hoog genoeg zijn. Valt het rendement tegen, dan bestaat de kans dat u uiteindelijk de hypotheekschuld niet volledig kunt betalen.
Bij de beleggingshypotheek heeft u ook veel vrijheid ten aanzien van de inleg: deze kunt u gedurende de looptijd verlagen of verhogen. Verder kunnen aandelen worden verkocht, waarna er andere voor worden teruggekocht. Zo kunt u optimaal profiteren van verwachte koersontwikkelingen. Vaak is het mogelijk de koerswinsten tussentijds op te nemen voor andere doeleinden. De fiscus legt daarvoor in principe geen restricties op. Wel moeten de behaalde winsten dit toestaan.
Soms kan het rendement tijdelijk achterblijven. Dat houdt een risico in voor de hypotheekverstrekker als u tussentijds mocht komen te overlijden. De meeste geldverstrekkers stellen daarom een overlijdensrisicoverzekering als voorwaarde.
De koerswinsten, inclusief herbelegging van het dividend dat u gedurende de looptijd van uw hypotheek opbouwt, bepalen het rendement op uw investering. Het is dan ook van belang om juist die fondsen of effecten in uw portefeuille op te nemen, die een hoog rendement met minimaal risico combineren.
Geurts Assurantiën en Financiële Planning is op de hoogte van de rendementsontwikkeling van de verschillende fondsen en kan u op elk gewenst moment aanbevelingen doen over de samenstelling van uw portefeuille. Dit gebeurt volgens de richtlijnen van de Autoriteit Financiële Markten, die toezicht houdt op een correcte en juiste wijze van advisering van beleggen op de financiële markt.
De kenmerken van een aflossingsvrije hypotheek:
De naam zegt het al: bij deze hypotheekvorm wordt in beginsel niet afgelost, waardoor u een lagere maandlast kunt realiseren. U betaalt immers uitsluitend rente en geen premie om vermogen op te bouwen. Het nadeel is dat de hypotheek niet is afgedekt met aflossing en/of een verzekering. Dit hoeft ook niet altijd gewenst te zijn, bijvoorbeeld als de waarde van de woning toereikend is. Een (gedeeltelijk) aflossingsvrije hypotheek is vaak interessant als u op latere leeftijd een eigen huis wilt kopen.
Met een aflossingsvrije hypotheek kunt u maximaal 30 jaar profiteren van de volledige rente-aftrek. Als het belastingvoordeel na 30 jaar wegvalt, stijgen de netto maandlasten.
Een aflossingsvrije hypotheek is mogelijk voor een leenbedrag tot een bepaald percentage (meestal tussen de 50 en 100%) van de executiewaarde van het huis. Soms wordt een overlijdensrisicoverzekering bij deze hypotheek als voorwaarde gesteld. In combinatie met andere hypotheekvormen kan een aflossingsvrije hypotheek de maandlasten drukken.